Zaterdag 21 mei stond de 2de van dit seizoen op de agenda: Oosterland editie 2022.
In de laatste dagen voor de wedstrijddag trok er een meteorologisch vuiltje voorbij die flinke regenbuien en onweer met zich mee bracht maar de vooruitzichten voor de zaterdag waren steeds goed: het zou de hele dag droog blijven, in de ochtend bewolkt en windkracht 3, gedurende dag zou de wind licht af nemen en de zon meer te zien zijn. Goede voorspellingen voor mooi zweefweer en geen enkele reden om niet naar het veld te trekken.
Tenminste….dat zou je denken. Want tot mijn verbazing hadden tot op de laatste dag van inschrijven, zoals altijd 2 dagen voor de wedstrijd dus in dit geval donderdag, slechts 5 man zich ingeschreven. Hier kwamen gedurende de dag nog 2 bij en bleef de teller steken op 7 piloten.
We hanteren een minimum van 8 inschrijvingen en aangezien het bloed kruipt waar het niet gaan kan heb ik in overleg met het organisatieteam besloten om mijzelf op de deelnemerslijst te zetten en mee te vliegen zodat de wedstrijd toch door kon gaan. Met 8 man in 2 groepen van 4 heb je een overzichtelijke groep piloten en de sportiviteit zit altijd goed dus voorzagen de andere deelnemers hier ook geen problemen. In de praktijk bleek ondergetekende de enige die in de gaten gehouden moest worden maar hierover later meer.
De wedstrijddag begint namelijk om 9 uur: de geplande tijd om het veld op te bouwen. Oosterland is inmiddels een bekende locatie en ik wist de rijtijd zo in te schatten dat ik om 2 minuten voor 9 op het veld aan kwam. Gedurende de tijd die ik nodig had om de plaats op het veld van de wedstrijdtent vast te stellen kwamen de overige deelnemers ook aan en nog voor dat zij hun eigen spullen klaar maakten werd in recordtijd het veld en de wedstrijdtent opgebouwd. Slechts 20 minuten was er voor nodig om alles klaar een draaiende te hebben en niet snel daarna gingen de eerste modellen de lucht in om te kijken of en hoeveel ballast er nodig was voor het beetje wind dat er stond.
Mijn in Dalfsen goed geteste anemometertje gaf vlak voor de briefing 6 meter per seconde aan en dat is voor de moderne superlichte modellen al te veel om zonder extra gewicht goed tegenin te vliegen. Ik neem hier even mijn eigen model als voorbeeld: Mijn Plus weegt startklaar 1110 gram en zit dan rond de 14 gram/dm^2, daarmee vliegt hij heerlijk langzaam maar is 4 m/s wel een beetje de grens waar hij dan nog goed tegenin kan vliegen. Ik heb gekozen voor 5 blokken ballast wat hem op bijna 1400 gram brengt en bij de 2 proefvluchtjes kon ik daar goed mee naar voren vliegen en van benedenwinds terug naar de stip vliegen dus leek mij dat voldoende.
Ik moest wel even flink wennen aan de reacties op de roeren want de eerlijkheid gebied mij te zeggen dat dit pas de eerste keer was dat ik de Plus met dit gewicht écht aan de tand kon voelen. Alle keren dat ik er mee aan een wedstrijd heb deel genomen was het zulk rustig weer dat ik zonder ballast kon vliegen en met 25% extra gewicht is de vliegsnelheid merkbaar hoger en de reacties op de roeren daarmee dus ook anders.
Ik zag best een redelijke diversiteit aan modellen op het veld liggen, gespreid over zo’n 10 jaar ontwikkeling in de F5J. Van vedergewichten die van ballast moesten worden voorzien tot modellen met wat vlees op de botten die van zichzelf al goed uitgerust zijn om dit beetje wind aan te kunnen. Naast mijn Twin-Boom-Inverted-V-Tail Plus zag ik 2 Pike Prestiges, van Pascal en Arno. Ik telde 3 eXplorers van meerdere generaties van Frank, Geert en Gert Jan. Henk had zijn mooie geel geblokte Pike Perfection bij zich en Jeroen kwam met een heel nieuw model ten tonele: de Phoenix van Stream Team. Allemaal mooi spul, waarvan de mijne natuurlijk de mooiste was, en allemaal goed genoeg om de piloot verantwoordelijk te maken voor het uiteindelijke resultaat.
Want die piloot maakt de keuze over de richting en hoogte waarmee je die ronde wilt beginnen en bepaalt daar vandaan hoe hij (of zij natuurlijk) zijn vlucht verder uitvoert. In de aanloop naar de start, in die laatste minuten voordat de toeter gaat, staat iedereen de hemel af te speuren naar signalen van thermiek-ontwikkeling. Dit kunnen vogels zijn, meeuwen of zwaluwen of ‘gewoon’ een cirkelende buizerd, maar vandaag was met name de ontwikkeling van wolken ook een stevige indicatie. Ook de windrichting en de veranderende temperatuur zijn een indicatie die je informatie kunnen verschaffen over waar het te vinden is en misschien is dat wel de grootste kunst van het F5J vliegen: Als je weet waar de bel zit hoef je niet lang te vliegen en niet zo hoog te starten om daar naar toe te vliegen.
De omstandigheden in de ochtend vroegen om terughoudende starthoogtes en zuinig vliegen om de minste opwaartse beweging te benutten voor een paar meter extra hoogte. De thermiek was wel aanwezig maar nog zwak en waaide snel weg dus meedraaien op niets zonder echt hoogte te pakken betekend nutteloze energie (en dus hoogte) verspillen. Ik liet dat mooi zien door in mijn jeugdige enthousiasme op alle bewegingen die ik als thermiek beoordeelde de bocht om te trekken, meters aan hoogte te verliezen, weer opnieuw beginnen, weer draaien, weer omlaag en in de eerste ronde na 7 minuten weer beneden te liggen. Ik kreeg dus op mijn donder van coach Henk en wist onder zijn hoede mijn 2de ronde beter af te sluiten.
Ik was niet enige die moeite had met het lezen en inschatten van de omstandigheden en door foutjes als na een paar seconden je motor per ongeluk uit zetten of tijdens een heel goede vlucht naar de motor schakelaar grijpen i.p.v. die van de thermiekstand, waardoor je motorherstart de vlucht ongeldig maakt, stond ik er na 3 rondes nog niet eens heel erg slecht voor.
De strijd om de winst was wel al losgebroken tussen Pascal en Jeroen waarbij de laatste een paar rondes nodig had om warm te draaien maar vervolgens ook een serie magistrale rondjes weg knuppelde. Het is lang geleden dat ik een 4-meter zwever zo klein heb gezien als in ronde 4!
Waarom had ik tijd om dat te zien? ik dacht samen met gelegenheidscoach en oude bekende Bob Tito, de bedenker van “oh jee, ik doe mee met F5J!”, dat het wijs was om eens de andere kant van het veld te proberen.
Dat bleek een slechte keus en hoewel ik helemaal naar links een heel groot gebied ben door gevlogen op zoek naar ‘iets’ vond ik dus helemaal niets en lag ik binnen 4 minuten weer op de grond. Iets met ‘voor de ronde inschatten waar je verwacht dat het moet zitten’, waar ik gewoon nog niet heel goed in ben, en ‘soms eens gokken’, waar ik nooit goed in ben, wat mij hard raakte. Dat was een dure ronde.
Maar de rondes in de middag waren geweldig!
De juiste startplek kiezen bleef belangrijk waardoor een start op +180 meter echt geen garantie was voor succes. Maar als je er een kon vinden waren de thermiekbellen sterk genoeg om lekker in mee te draaien en genoeg hoogte over te houden om terug te komen, al dan niet op zoek naar een nieuwe bel. Onder begeleiding van Jeroen en Pascal wist ik mijn laatste 3 rondes wél de juiste kant te kiezen, werd de Plus steeds kleiner en ging ik steeds breder glimlachen. Bedankt voor die hulp mannen, ik heb weer wat meer geleerd!
Alle piloten wisten met regelmaat het einde van de ronde vliegend te halen maar vroegtijdig beneden te liggen blijf bijna niemand bespaard waardoor de klassering vanaf de 4de ronde alle kanten op vloog. Ik stond na ronde 5 nog op op de 8ste plek en wist dit om te draaien naar een uiteindelijke 5de plek. Alleen Frank had na ronde 4 de 3de plek te pakken en gaf die niet meer uit handen.
De strijd om de winst wist Pascal in de laatste 2 rondes in zijn voordeel te beslechten. Het is slechts koffiedikkijken of een los gekomen servoframe in de kist van Jeroen hier mede verantwoordelijk voor was, er zal vast uit de cijfers te halen zijn of het missen van die landingspunten in de laatste ronde daar iets had kunnen schelen maar dat veranderd niets aan het resultaat. Feit is dat het tot de laatste ronde spannend bleef voor iedereen. Toen de laatste toeter over het veld schalde en de rust was weer gekeerd kon de einduitslag opgemaakt worden en konden Pascal, Jeroen en Frank op de foto gezet worden.
Oh ja….ik moet nog uitleggen waarom ik nu juist diegene was die in de gaten gehouden moest worden: mijn starts waren op de grens van te vroeg en daar kan ik alleen maar flauwe smoesjes voor verzinnen. Vanwege de duwprop vraagt mijn model om net even iets meer aandacht om netjes te starten. Nu heb ik ooit een medium Soft start op de regelaar geprogrammeerd en dat bedenk ik mij elke keer als ik moet starten, helaas nooit als ik thuis ben, waardoor de propeller een paar seconden na het overhalen van de schakelaar pas gaat draaien. Omdat ik hierdoor best wat secondes aan het begin laat liggen probeerde ik om net voor de starttoeter de schakelaar over te halen en als de prop gaat draaien moet je gaan en dan ben ik zelf niet meer met die toeter bezig.. Ik heb geen protest of klacht gehoord maar er werden nét iets te veel grapjes over die grens op zoeken gemaakt om niet serieus te nemen dus hier moet ik even wat aan veranderen om het allemaal netjes en reglementair te houden.
Aan het eind van de dag was wel iedereen het er duidelijk over eens was dat dit echt een geweldige vliegdag was! Ook met hogere starts is het een heerlijk gevoel om je model op de krachten van de natuur in de lucht te houden en of je nu op 50 of op 150 meter een bel op pakt, als je er voor hebt moeten werken maakt dat voor het gevoel niet uit. Ook zorgt een beetje wind ervoor dat alle vandaag gevlogen modellen competitief waren en rest mij alleen maar af te sluiten met:
Zon, Wolken, Wind, Thermiek, goed gezelschap…… alles wat je nodig hebt voor een rondje F5J……waarom doen er niet meer mensen mee?
Misschien had ik ook beter stuurboord kunnen roepen Justus, rechts deed je sturen naar een kant die ik niet voor ogen had 😉